Limbua zorgt ervoor dat de mango-, avocado- en macadamiaoogst van kleine boeren in Kenia bij consumenten over de hele wereld terechtkomt. Alles wat ze doen staat in het teken van biologische en eerlijke handel, het verbeteren van het levensonderhoud van de boeren en andere Kenianen én het bevorderen van de klimaatbestendigheid van de natuur. Mike Margiciok, supply manager bij Limbua, legt uit hoe dat precies in zijn werk gaat.
Mike: “Limbua ziet zichzelf niet zozeer als werkgever van Keniaanse boeren, maar als partner. Zonder de boeren hebben wij geen product. En zonder ons is het lastig voor hen om toegang te krijgen tot internationale markten. Omdat we direct van de boeren kopen en tussenpersonen in de keten overbodig maken, kunnen we hen een eerlijke prijs betalen. Daarbij vindt het hele verwerkingsproces van de oogst in Kenia plaats. Zo zorgen we niet alleen voor meer werkgelegenheid in Kenia, maar kunnen we ook een betaalbare prijs bieden aan onze internationale klanten.”
![](/binaries/content/gallery/tbnl/inline/overige/limbua-mike---inline.jpg/limbua-mike---inline.jpg/triodoshippo%3AinlineImage)
Van boom tot noot: een arbeidsintensief proces
Het verbouwen van gewassen gaat er in Kenia anders aan toe dan in Europa. De boeren hebben vaak land van zo’n anderhalf voetbalveld groot, en verbouwen daar verschillende soorten gewassen als mango’s, avocado’s en macadamianoten. Het verbouwen en verwerken van die laatste, is een arbeidsintensief proces. De groene vruchten die aan de bomen groeien, vallen op de grond als ze rijp zijn. Vervolgens worden ze verzameld, gedroogd en naar één van Limbua’s vier fabrieken gebracht. “In de fabriek kraken medewerkers de bruine schil handmatig, zodat we de ivoorkleurige noot in perfecte vorm kunnen leveren,” legt Mike uit. “Het handwerk zorgt voor een hogere kwaliteit en dus een betere prijs voor de boer en onze werknemers.”
De noten worden vervolgens gewassen, een klein gedeelte wordt verder verwerkt – bijvoorbeeld geroosterd of tot boter gemalen – en uiteindelijk verpakt. Per containerschip vinden ze hun weg naar Duitsland. Het enige wat daar nog wordt gedaan, is de doorverkoop van en het transport naar Europese en Amerikaanse voedselverwerkers en cosmeticabedrijven. “Door het hele proces in Kenia te laten plaatsvinden, blijft zoveel mogelijk waarde in Kenia, in de vorm van werkgelegenheid. En omdat arbeidskosten in Kenia lager liggen dan in Europa, houden we de kosten laag voor een product van hoge kwaliteit.”
Eerlijk handelen, eerlijke prijs
Het idee voor Limbua ontstond in 2006, toen de Duitse oprichter Matti Spiecker tijdens zijn reizen sociale ondernemingen ontdekte die de lokale economie écht vooruit hielpen. Samen met Peter Muchau Wangara uit Kenia bouwde hij Limbua op. Hun missie: kleinschalige boeren verbinden met de wereldmarkt, en zoveel mogelijk waarde creëren. Niet alleen voor de mens, ook voor de natuur, door over te stappen op biodynamische landbouw.
Mike vertelt hoe Limbua boeren zekerheid biedt: “We werken met contracten waarin een minimumprijs is vastgelegd. Zo zijn boeren beschermd tegen prijsschommelingen op de markt. Tijdens de coronapandemie zakte de prijs voor macadamianoten bijvoorbeeld flink, maar dankzij onze buffer hoefden boeren geen verlies te lijden. Bovendien ontvangen ze ziektekostenverzekering en bouwen ze pensioen op. Dit soort ondersteuning is uniek in Kenia. Overigens houdt het contract niet in dat boeren verplicht zijn om hun oogst aan ons te verkopen. Daar zijn ze vrij in.”
Ook pakte Limbua de fraudegevoeligheid van het verkopen van gewassen aan. Het bedrijf ontwikkelde een digitaal systeem waarmee boeren hun oogst wegen en de betaling bevestigen met een vingerafdruk of gezichtsherkenning. “Hierdoor weten boeren zeker dat ze eerlijk worden betaald, en kunnen wij de biologische herkomst van onze producten garanderen.”
Van gif naar groen: een biologische transformatie
Een voorwaarde om met Limbua in zee te gaan, is de overstap naar biologische landbouw. Dat was een grote verandering voor veel boeren. Voorheen betaalden tussenpersonen hen soms met pesticiden in plaats van geld, zonder uitleg over de gevolgen voor hun land. Limbua pakt dit anders aan. “We helpen boeren omschakelen door bio-gecertificeerde bomen te leveren uit onze eigen kwekerij. Ook bieden we trainingen in biologische landbouw. Dit gebeurt in kerken, omdat dat de enige plekken zijn op het Keniaanse platteland waar grote groepen kunnen samenkomen. Lokale veldmedewerkers ondersteunen de boeren het hele jaar door met advies en materialen,” vertelt Mike.
Het duurt zo’n drie jaar voordat boeren een biologisch certificaat ontvangen. In die periode koopt Limbua hun oogst al op voor niet-biologische verkoop, zodat ze inkomsten blijven genereren. Tegelijkertijd zorgt de biologische aanpak voor een grotere biodiversiteit. “We stimuleren boeren om hun gewassen divers te houden, met bijvoorbeeld mangobomen en avocado’s in de schaduw van de macadamiabomen. Dat maakt hun land vruchtbaarder, verbetert de natuurlijke plaagbestrijding en geeft hen meer producten om te verkopen. Dit vermindert de afhankelijkheid van één gewas én biedt extra inkomsten.” Limbua exporteert geen verse vruchten, maar droogt de mango’s en maakt olie van de avocado’s. “Dat is niet alleen milieuvriendelijker dan het per vliegtuig vervoeren van verse vruchten, het zorgt ook voor meer werkgelegenheid op de plek waar de vruchten vandaan komen.”
De kracht van vrouwen
Het is belangrijk voor Limbua dat Kenianen optimaal profiteren van hun exportproducten en zelf bepalen hoe ze profiteren. “We willen geen Europees bedrijf zijn, dat bepaalt wat er in Kenia moet gebeuren. Van de boeren tot het management: er werken in Kenia enkel Kenianen voor Limbua. Alleen oprichter Matti is soms in Kenia te vinden, als verbindende schakel tussen Afrika en Europa.”
Opvallend is het aantal (jonge) vrouwen dat bij Limbua werkzaam is. Meer dan de helft van de boeren zijn vrouw. In de fabrieken is dat driekwart van het personeel. “Veel vrouwen zijn verantwoordelijk voor het runnen van zowel het huishouden als het boerenbedrijf,” zegt Mike. “Het heeft onze voorkeur om ons personeelsbestand op deze manier in te richten, omdat we geloven in de kracht van vrouwen en in alles wat ze doen om zorg te dragen voor hun gezin en hun gemeenschap.” Om de werkzekerheid te vergroten, blijven werknemers ook buiten het oogst- of verwerkingsseizoen een deel van hun salaris ontvangen. “Hiermee voorkomen we dat ze ander werk moeten zoeken of afhankelijk worden van tijdelijke inkomsten.”
![](/binaries/content/gallery/tim/shared/inline/co-workers/judith-santbergen.jpg/judith-santbergen.jpg/triodoshippo%3AinlineImage)
Uitgesproken groen en sociaal
Judith Santbergen, fondsmanager bij Hivos-Triodos Fonds, prijst Limbua om hun groene en sociale aanpak. “Het past heel goed bij wat we willen bereiken met Hivos-Triodos Fonds. Het werken met kleinschalige boeren, familieleden van de boer in dienst nemen, de focus op vrouwelijke werknemers; daarin zie je een hele belangrijke bijdrage aan de lokale economische ontwikkeling. En het is heel knap hoe ze met hun verbouwmethodes biodynamische certificaten als Demeter weten te behalen.” De investering van Hivos-Triodos Fonds in Limbua wordt gebruikt als voorfinanciering van de macadamiaoogst. Zo krijgen boeren snel betaald voor hun opbrengst, in plaats van dat ze moeten wachten tot hun macadamianoten verkocht zijn.
Maar Limbua is meer dan biodynamische productie met een goed exportmodel en een goede prijs voor de boer, benadrukt Judith. “Wat we ook belangrijk vinden is dat het bedrijf bijdraagt aan de klimaatbestendigheid van het land. De biodynamische werkwijze en toepassing van agroforestry zorgen ervoor dat de grondkwaliteit en biodiversiteit verbetert, waardoor de grond langer productief is voor de familie. Naast de gewassen voor de export verbouwen ze daar namelijk ook hun eigen voedsel.” Daarnaast werkt Limbua hard aan het circulair maken van hun bedrijfsvoering, weet Judith. “Ze maken compost van het afval wat ontstaat tijdens het verwerkingsproces, dat ze weer uitdelen onder de boeren. Limbua is een koploper als het gaat om vergroening van het bedrijfsproces. Hoewel onze financiering nu nog gekoppeld is aan de export, willen we graag met ze meegroeien en kijken naar hoe we initiatieven kunnen steunen die in het verlengde liggen van de export.”
Meer dan een werkgever
Mike geeft een voorbeeld van zo’n initiatief, dat bijdraagt aan het levensonderhoud van Kenianen op het platteland. “Veel families koken nog met ongezonde brandstoffen en fornuizen. Wij willen deze vervangen - mede met subsidie van de overheid - door gezondere fornuizen op biogas van koeienmest. Zo verbeteren we de gezondheid van families op het platteland en zorgen we voor minder CO2-uitstoot.”
In de nabije toekomst wil Limbua niet alleen het aantal gewassen uitbreiden en nieuwe verwerkingsmethodes introduceren. Er loopt ook een initiatief om insecten te kweken in compost, die boeren vervolgens kunnen gebruiken als voer voor hun (pluim)vee. En het bedrijf wil investeren in zonnepanelen voor het opwekken van energie. “Dat maakt ons minder afhankelijk van energieleveranciers. En het geeft de mogelijkheid om ook de meer afgelegen boeren bij ons aan te laten sluiten. Dat is namelijk hoe wij ons succes willen meten; niet in cijfers, maar in het aantal aangesloten boeren.”
Bedankt voor je reactie!
Bevestig je reactie door op de link in je e-mail te klikken.